Het is dag twee van de begrotingsvergadering, met de voortzetting van de algemene beschouwingen, het debat over het coalitieprogramma, de amendementen en de moties. De dagen tussen de eerste vergadering en vandaag waren levendig, spannend en vol energie, zeker door het gefilmde interview met Jan Terlouw.

De eerste vergadering eindigde namelijk met de afwijzing van de wethouder. Onze motie over het in kaart brengen van de klimaatimpact van raadsvoorstellen had hij afgeraden. Met als redenen: te veel werk voor de ambtenaren, en er lopen al zoveel trajecten. Dat met het klimaat komt wel goed.

Ik geloof daar niet zo in. Wij wonen immers in een gemeente die eind 2022 geen idee heeft hoeveel energie er wordt opgewekt of verbruikt, er is nog geen klimaatplan - oh ja, die komt volgend jaar -, wij hebben weinig plannen voor het opwekken van energie, en wij wijzen vooral naar Europa, Den Haag, de provincie en onze eigen inwoners. Die moeten gas en elektriciteit besparen door de thermostaat lager te zetten en korter te douchen.  Oh ja, en ook nog isoleren, tegelwippen, hemelwater afkoppelen, minder vlees eten, minder consumeren, elektrisch rijden of de fiets pakken en deelnemen aan acties voor plastic rapen.  
Voor de rest wachten wij op de geldstromen van Europa en Den Haag, en de uitspraken van de Raad van State. Wij volgen als gemeente de wet en verdwalen ondertussen in overleggen binnen de organisatie met vragen als: hoe kunnen wij energie besparen? De wethouder gaf aan dat die vraag in de organisatie is uitgezet. Ik denk dan: draai de thermostaat lager, begin gewoon! Maar dat blijkt hier toch echt een stap te ver. Eerst goed bespreken en iedereen erbij betrekken.

Met een verbouwereerd gevoel verliet ik die avond het gemeentehuis. Hoe kunnen wij als gemeente geloofwaardig de noodzaak, de urgentie laten blijken, als wij zelf zo ver achter lopen? Hoe verklaar je aan je inwoners: wij hebben zelf nog geen idee, maar wipt u alvast tegels. Het gaat er immers om dat Steenwijk (of Meppel) het Nationale Kampioenschap tegelwippen wint. Bij mij bracht het een gemixt gevoel van cynisme, boosheid, onbegrip, maar ook verwondering, hoop en optimisme.

Een contradictio in terminis? Een tegenspraak? Nee, want ik loop al weken rond met het steeds sterker wordende bewustzijn dat er iets verandert. Ik zie het overal om mij heen: hier komt een waterstoftankstation, daar wordt soep tegen een Van Gogh gegooid, de levertijden van zonnepanelen is maanden, plantaardig eten is bij elke supermarkt aanwezig en vaak ook in de aanbieding, steeds meer universiteiten besluiten om in hun kantines een vegetarisch of veganistisch aanbod op de kaart te zetten, bijna iedereen die in een vliegtuig stapt weet ondertussen dat je dat beter kan laten en wij praten bijna non-stop over het klimaat. Er ís iets in beweging.

Ook bij ons in de raadszaal, na afloop van deze vergadering, komen er mensen naar mij toe. Zij voelden wel iets voor die motie, met een glimlach hier en een schouderklopje daar, openingetjes en gesprekken over hoe het wel zou kunnen. Maar helaas, ze waren nog niet zo ver: de achterban, weet je? Daar zijn codes voor. Soms spring je over je eigen schaduw heen en stem je voor of tegen iets, waarvan je jezelf wel afvraagt of dit niet het moment was om ervan af te wijken. Door met je eigen hart en verstand te kiezen, door op te staan en ook binnen een achterban die hier nog niet in mee wil gaan, te zeggen: “Mensen, wij zullen moeten begrijpen dat het anders moet. En wij zullen moeten leren te vertrouwen dat het anders kan!”

Dat zou een boodschap zijn die ook de twijfel in je achterban milder maakt. Een boodschap die eraan bijdraagt dat het grotere geheel de verandering doorzet. Die is namelijk al ingezet en hoe sneller wij daarop reageren, hoe beter het gaat aflopen.

Het zijn niet de sterksten die winnen, maar degenen die zich het beste aanpassen aan hun omgeving. Volgens mij zei Darwin dit, de man die zijn roem ontleent aan zijn theorie dat de evolutie van soorten gedreven wordt door natuurlijke selectie. 

Terug naar de vergadering. Er waren heel veel moties en amendementen vanuit de oppositie, maar ook vanuit de coalitiepartijen. Een van de tekenen dat het programma wel wat zout en peper kan gebruiken. Het zou te veel zijn om alle moties hier nu te bespreken, maar ik kan wel zeggen dat er van alle smaken wel iets langskwam.
Van mogelijkheden om de beschermde status van de wolf nietig te verklaren en gemeentelijke gesubsidieerde supermarkten in de kernen tot autovrije binnensteden en dorpen en het herkennen van huiselijk geweld. Met veel goeds, veel bizars, terwijl het vooral mooi was om te zien hoe bezield iedereen daar in de raad zit en poogt een speerpunt op de agenda te zetten.

GroenLinks vindt dat het de verantwoordelijkheid van de gemeente is om een écht voorbeeld te worden voor onze inwoners. Met het besef dat ons handelen - en ook het “niet handelen” - gevolgen heeft voor het klimaat en daarmee voor onze inwoners. Dat wij ons handelen en niet handelen moeten kunnen verantwoorden, is een van de speerpunten van GroenLinks. En helaas: het is nu nog niet gelukt dat in beleid te gieten. Maar de kracht ligt in het grotere geheel en als je om je heen kijkt, zie je overal wel die verandering. Dat is soms best spannend, maar vooral met het oog op de toekomst ook: heel hoopvol.

Wordt vervolgd!

 

Een groene en sociale groet,

Stephanie Geurtz

GroenLinks Steenwijkerland